De adem van Poseidon verwarmde de kamer. Xeline sloot haar ogen. Ze maakte zich los van de aarde en keek om. Ze zag de aarde steeds kleiner worden. Ze zag hoe de bol door de ruimte vloog. Ze voelde de snelheid van het draaien. Het gewicht van de aarde was niet te stoppen. De zon raakte haar huid aan. Ze keek in de richting van de maan. Een bol zonder leven. In haar hoofd ontwaakte een gedachte. En toen was het voorbij. Ze dacht aan de dinosauriƫrs die ooit de aarde bewoond hadden. Opeens was het voorbij. Ze staarde naar de aarde en bewonderde de blauwe zeeƫn. Ze zag de groene heuvels en de grijze bergen. Ze zag de mensen die in beweging waren. Als mieren in een leegte zo ver ze kon kijken. Met een vaart raasde de aarde voorbij. Ze bedacht dat het opeens voorbij kon zijn. Een bol zonder mensen. Ze zag hoe al het leven op aarde met elkaar een evenwicht had gezocht. Alleen de mensen was het niet gelukt. Velen werden gedreven door hun ego. Ze zagen de aarde als een middel om bezittingen te verzamelen. Ze putten de aarde uit.
Xeline draaide zich om in haar bed van hooi. Poseidon sliep terwijl hij de wacht hield bij de deur. Xeline zweefde verder door de ruimte. Ze keek weer naar de aarde. Ze zag mensen die hulp nodig hadden. Mensen die niets hadden. Xeline begreep het niet. In haar hoofd kwamen gedachten voorbij. Ze zag een aarde die van niemand was. Een aarde die er altijd was, voor iedereen. Hoe kon het dat sommige mensen niets hadden en anderen alles? In haar ooghoek welde een traan op. De druppel vormde zich en gleed langs haar wang naar beneden. De aarde trok de druppel naar zich toe. Hij viel op het hooi. Poseidon opende zijn ogen. Hij stapte de kamer binnen in de richting van het meisje. Hij drukte zijn hoofd tegen haar wang. Xeline tilde haar hand op. Ze gleed langs het hoofd van het paard. Poseidon zakte door zijn voorpoten en ging naast haar liggen. Samen vielen ze in een diepe slaap.
Juan Felix
Geen opmerkingen:
Een reactie posten