zaterdag 31 juli 2010

Ze vindt 't geluk (deel 20)

Xeline zag de haartjes op haar armen overeind staan. De wind voelde koud aan. Pascha liep naar de zijkant van de hut en kwam terug met een stapel dekens. Hij liep naar Xeline en legde de deken om haar schouder. Het meisje had bewondering voor Pascha. Het leek alsof hij wist wat ze nodig had. De jongen sprak weinig. Als hij iets zij, had het betekenis.

De zon zakte richting de horizon. De lucht kleurde rood. Xeline keek om naar Sam. Vanavond trekken we de bergen in, zei Sam. Pascha liep naar de waterput en haalde het touw omhoog. Hij vulde zes drinkflessen. Poseidon stond klaar. Op zijn rug lag een deken. Aan weerszijden hingen zwarte leren tassen. Die heeft Pascha gemaakt, vertelde Sam. Xeline herkende het teken van de arend op de linkertas.

Xeline zat het eerste stuk van de tocht op de rug van Poseidon. Ze liepen in de richting van een kloof. De rotswand liep recht omhoog. De bovenkant was niet te zien. Pascha nam een hand vol zand van het pad en gaf die aan Xeline. Het zand voelde warm aan. De energie van de zon was er in opgeslagen.

Het duurt even en dan zijn we bij de poort, vertelde Sam. Ik zal je iets vertellen over de groene kamer waarin je vanmiddag gerust hebt. Alles om ons heen heeft betekenis, zo ging de man verder. De kleur groen staat voor groei en gezondheid. En voor overvloed en evenwicht. Zoals je weet, bestaat deze aarde al miljoenen jaren. Al die tijd was er de kleur groen. Hij was zichtbaar in alles wat groeide. De levenskracht van de aarde weerspiegelt in het groen. Sommige mensen zijn het contact met groen kwijt. Ze leven in grijs. Groen is een belangrijke kleur voor het leven. Hou hem in het oog. Xeline herinnerde zich hoe ze zich voelde als ze over groene heuvels wandelde of door de bossen. Ze begreep de betekenis van de kleur groen.

Pascha nam een fles uit de tas en gaf die aan Xeline. Ze nam een slok. Het water spoelde haar warme droge mond weg. Ze gaf de jongen een glimlach. Wat ik weet, heb ik van Sam geleerd, zei Pascha. Zolang ik me kan herinneren is hij er altijd voor mij geweest. Met de kennis die ik van hem heb gekregen, zorg ik nu voor hem. Sam wordt ouder. Er zal een dag zijn dat ik de leiding van hem krijg. Dan wil ik klaar zijn. De woorden van Pascha brachten een glimlach op het gezicht van Sam.

Ho, riep Sam. Poseidon stond stil. Pascha hielp Xeline van het paard. Zo, we zijn er. Xeline zag een hek in de rotswand. De spijlen waren rond en liepen in een golfvorm omhoog. Sam pakte de sleutel uit het kistje en stak hem in het sleutelgat. Hij draaide de sleutel om en met een klik ging het slot open. Het hek gaf toegang tot een gang die net iets breder was dan Poseidon.
In de gang hingen toortsen aan de muur. Met een kaars stak Pascha de toortsen aan.

Het licht van de toortsen maakte een tekening op de muur zichtbaar. Xeline bekeek de tekening. Ze zag een draak en een man. De man zat op een paard, had een harnas aan en stak met een lans in de borst van de draak. Ze keek van de tekening naar het einde van de gang. Ze zag het begin van een stenen trap die recht omhoog liep. Op de helft van de gang was rechts een grote ruimte met een bank en een tafel. Er lag hooi. Xeline begreep dat Pascha dit had voorbereid voor Poseidon.

Pascha blijft hier, zei Sam. Volg mij maar, Xeline. De man ging de trap omhoog. Het meisje spande zich in om zijn tempo bij te houden. Ze keek om en zag nu achter zich een donker gat. Ze merkte dat ze hoog klommen. Aan het einde van de trap werd licht zichtbaar. Het was het licht van de maan.

Xeline stapte van de laatste traptrede op een stenen plateau. Het plateau liep rond en was omringd met een muur. Op de muur stond een statief met daarop een cilindervormig voorwerp.
Xeline werd weer nieuwsgierig. Nu zal ik je het geheim van de sleutel onthullen, zei Sam.

(wordt vervolgd)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten