donderdag 22 juli 2010

Ze vindt het geluk (17)

De zon weerspiegelde in het meer. De wind streelde de haartjes op haar huid. Ze aten. Niemand zei iets. Boven hun hoofd cirkelde de arend in het rond. Xeline keek op. Net zoals de arend zijn. Dat zou mij helpen, dacht ze. Dan heb ik overzicht.

Het is eenvoudig, zei Sam. Alsof hij haar gedachten had opgevangen. Xeline keek op. Sam stond op en kwam naast haar zitten. Pascha gaf Poseidon wat hooi. Je hebt meerdere werelden, zei Sam. De wereld in je hoofd en de wereld zoals hij is. Sam keek naar Xeline. Ik begrijp het, zei ze. Sam knikte met een glimlach om haar aan te moedigen door te gaan. Het meisje ging verder. Als ik in mijn hoofd leef, dan verzin ik dingen, ga ik iets bedenken wat er niet is. Dan mis ik veel van wat er om me heen leeft. Voel ik me eenzaam. Machteloos. En als je niet in je hoofd leeft, reageerde Sam. Dan ben ik gelukkig. Een traan welde op en liet zich afglijden langs haar wang.

Sam ging verder. Als ik naar die boom kijk. Die staat hier al heel lang. Hij groeit en leeft. Vogels landen op zijn takken. Mieren kruipen over zijn schors. Kevers nestelen zich in zijn hout. Zijn wortels vinden hun weg in de grond. Ze groeien om stenen heen en drinken van het water. De boom levert onze levensadem. Hij neemt stoffen op die slecht voor ons zijn. Als ik die boom omhels en mijn ogen sluit, voel ik dat allemaal. Dan zie ik, hoe hij van een zaadje is veranderd in een machtige boom. Dat is de wereld buiten ons hoofd, ging Xeline verder. Die wereld was er altijd al. Heel lang heb ik hem niet gevoeld, reageerde Xeline. En nu, vroeg Sam. Nu voel ik hem elke dag, zei het meisje. En dat maakt me gelukkig. Sam legde zijn hand op haar schouder.

Pascha ging tegenover Xeline zitten. Hij wist wat Sam nu zou zeggen. Sam sprak. Je begrijpt nu dat de wereld om ons heen alle wijsheden in zich heeft. Wij kunnen ze ontdekken door in verbinding te staan met die wereld. Als we in ons hoofd leven, verliezen we de verbinding. Als mensen zich laten leiden door wat ze willen zonder rekening te houden met hun omgeving, gaat het mis. De oplossing is eenvoudig.

Xeline keek naar Sam. Ze merkte op dat hij op blote voeten liep. Net als Pascha. Ze zag hoe hij liefdevol keek naar de hemel. In zijn linkerhand lag een zwarte steen. Sam merkte de blik van Xeline op. Dat is mijn gelukssteen. Die heb ik ooit van Pascha gekregen. Ik draag hem altijd bij me. Hij herinnert me er aan dat stenen langer leven dan mensen. Dat houdt me eenvoudig. En zo brengt hij me geluk.

Xeline was nieuwsgierig geworden. Wat is de oplossing, vroeg ze. Sam keek naar Pascha. Die begreep wat er van hem gevraagd werd. De jongen stond op en liep naar het houten huis. Even later kwam hij terug met een voorwerp gewikkeld in een doek. De jongen gaf het aan Sam. De man haalde het doek weg. In zijn hand hield hij een kistje vast. Het was van ebbenhout. Versierd met witte patronen. Sam opende het kistje... (wordt vervolgd)

Juan Felix

Geen opmerkingen:

Een reactie posten